Het zal nooit een budgetbestemming worden, maar goedkoop naar IJsland kan zeker! Hoewel je voor een wijntje zo een tientje mag aftikken en voor een simpele pizza het dubbele, zijn er genoeg manieren om veel geld te besparen voor en tijdens je trip. Deze 6 tips zorgen ervoor dat je alsnog behoorlijk low budget naar IJsland kan!
1. Ga buiten de zomer
De makkelijkste manier om goedkoop naar IJsland te gaan: zorg dat je niet in het hoogseizoen gaat. Want gedurende de zomermaanden is IJsland voller dan vol en rekenen alle hotels, autoverhuurders, airlines en touroperators de absolute hoofdprijs. Je bespaart alleen al honderden euro’s door ervoor te kiezen in april, mei, september of oktober te gaan. Is het ook gelijk een stuk rustiger en kan het weer er over het algemeen ook prima mee door. Ook de wintermaanden zijn een aanrader: het is dan wel wat kouder (maar gelukkig kun je je daar ook vrij goed én goedkoop op kleden), je vermijdt dan ook de drukte én hebt een grote kans om het noorderlicht te zien.
2. Vlieg goedkoop naar IJsland
Vanuit Amsterdam vliegen er twee maatschappijen naar IJsland: Icelandair en Transavia. Laatstgenoemde profileert zich meer als budget airline, maar blijkt lang niet altijd de goedkoopste. Daarnaast moet je sinds februari 2020 ook bijbetalen voor een handbagage koffer. Zelf vloog ik laatst naar IJsland voor nog geen €200 per ticket met Icelandair. Het loont dus om de twee te vergelijken: zowel op de websites van de luchtvaartmaatschappijen, maar ook via vergelijkingswebsites als Skyscanner en Tix.nl. Ik bleek bijvoorbeeld flink voordeliger uit als ik bij Supersaver boekte dan bij de airline zelf.
Let wel goed op of je bagage mee wilt nemen: bij beide maatschappijen moet je hier bij de goedkoopste tickets extra voor betalen, en dat kan snel oplopen. Zo rekent Icelandair €50 per enkele reis en Transavia €22 (op 8 april 2019). Een goedkoop vliegticket kan dan gauw al een stuk duurder worden! Bedenk je dus vooraf of een grote koffer echt nodig is. Ik ging zelf in november en had alleen handbagage bij me; kan dus prima! Klik hier om de bagageregels van Icelandair en Transavia te bekijken.
Bang dat je het niet alleen redt met handbagage? Check dan dit artikel:
Lees ook: Paklijst IJsland voor alleen handbagage: wat inpakken in de winter?
3. Kies niet voor hotels
Want die zijn duur! Zelfs als je in een pareltje uit de jaren 70 terecht komt betaal je al gauw 100 euro per nacht, ook buiten het hoogseizoen. Om m’n accommodaties in IJsland goedkoop te houden koos ik voor guesthouses en Airbnb (tip: via deze link krijg je €25 korting op je eerste boeking): in vrijwel heel IJsland vind je aanbod, ook in de kleinere dorpjes. Zo hadden we een privékamer net buiten Reykjavik voor nog geen €60 per nacht en sliepen we voor een paar tientjes tussen de schapen in Grundarfjörður op Snæfellsnes. Je hebt dan geen eigen badkamer, maar wij hadden in beide gevallen het rijk voor ons alleen en hoefden alsnog niets te delen.
Nog goedkoper: wildkamperen! Dat is namelijk helemaal gratis, al moet je wel zorgen dat je je kampeerspullen bij je hebt. Houd er ook rekening mee dat je dan dus wel duurder uitbent qua vliegtickets. Is geen aanrader buiten de zomer om en het is lang niet voor iedereen weggelegd (ik moet er bijvoorbeeld niet aan denken), maar voor wie niet vies is van een beetje back to basic is dit een prima oplossing. Het is overigens niet overal meer toegestaan.
4. Doe boodschappen
Kleine schot voor open deur, maar lang niet iedereen denkt eraan: je bespaart in IJsland zo ontiegelijk veel geld wanneer je zoveel mogelijk eten in de supermarkt haalt. Zo heeft vrijwel elke winkel wel verse broodjes (en een koffie-automaat) of zelfs een aparte bakkersafdeling. Ineens kosten je ontbijt en lunch maar een paar euro in plaats van een paar tientjes. Ook de prijzen in de supermarkten onderling wisselen heel erg: over het algemeen kun je het beste op zoek naar een Bónus, Krónan of Nettó. Zeker wanneer de temperaturen goed te doen zijn is het alleen maar leuk om je bammetje buiten in de natuur op te eten.
Wil je een biertje of wijntje drinken? Weet dan dat alcohol niet verkrijgbaar is in de supermarkt. Hiervoor moet je naar Vínbúðin, een speciale winkel die door de overheid gerund wordt. Dat is even zoeken en de flessen hier zijn nog steeds behoorlijk aan de prijs, maar je zult je verbazen hoeveel je anders moet aftikken in een restaurant of bar.
5. Vermijd excursies waar het kan
De meeste bezienswaardigheden van IJsland zijn gratis te bezoeken: je betaalt tegenwoordig op een aantal toeristische plekken een kleine fee om te mogen parkeren, maar verder kost het je niks om bijvoorbeeld Thingvellir, Skógafoss of Dyrhólaey te kunnen bekijken. Je kunt op vrijwel elke hoek van Reykjavik wel een excursie boeken om de belangrijkste highlights te zien, maar het is zó makkelijk om gewoon zelf op pad te gaan. Plus: een stuk goedkoper, zeker wanneer je met meerdere personen bent en veel wil zien.
Huur een auto (liefst gelijk vanaf het vliegveld, zo hoef je ook niet de dure transferbus naar Reykjavik te betalen) en ga gewoon zelf op ontdekkingstocht. In de lente, zomer en eerste deel van de herfst kun je prima overweg met een kleine bolide – wij reden rond in een Hyundai i10, kleiner kan bijna niet -, maar zodra het echt winters weer wordt heb je wel een grotere en zwaardere auto nodig. Kijk dus vooraf goed naar welke weersomstandigheden normaal zijn voor jouw reisperiode en wat voor auto je nodig zou hebben als je zelf op pad wil. Check daarna wat je graag wil zien en of je er überhaupt zelf kan komen, want dat is niet altijd het geval op IJsland.
Hoewel ze niet altijd de goedkoopste aanbieder zijn, regel ik m’n huurauto zelf altijd bij Sunny Cars: je bent dan namelijk 100% verzekerd en je kan altijd terecht bij de Nederlandse klantenservice. Zo weet je zeker dat je niet voor verrassing komt te staan en je je auto bij betrouwbare partijen ophaalt. Zeker in het geval huurauto’s is goedkoop vaak duurkoop: voor je het weet word je ineens nog van alles aangesmeerd of komen er überhaupt ter plekke nog extra kosten bij. Bij Sunny Cars is dat nooit het geval.
Lees ook: Sunny Cars review: wil je hier wel of niet je huurauto regelen?
6. Ga naar minder-toeristische plekken
Vrijwel iedereen die voor het eerst naar IJsland gaat heeft als vast prik op de agenda staan: de Blue Lagoon. Ergens snap ik het, maar als je er eenmaal bent geweest weet je dat de entreeprijs zó niet opweegt tegen wat je ervoor krijgt. Alleen al om binnen te komen betaal je minimaal €49 en eenmaal in het bad is het vooral heel erg vol met andere toeristen. Je ziet geen local zitten. Ik zou je dus ook absoluut aanraden om verder te kijken. Ik deelde eerder al vijf alternatieven voor de Blue Lagoon, want het scheelt je bakken met geld als je naar een ander geothermisch bad gaat. Laatst ging ik zelf naar de Secret Lagoon en de entree bedroeg de helft. Houd je ineens geld over om een biertje te kopen!
De meeste mensen die IJsland voor het eerst bezoeken gaan de highlights op de Golden Circle af en/of rijden via de zuidkust naar Vík, of nog verder naar gletsjermeer Jökulsárlón. Dat betekent dat het vaak erg druk is op deze plekken, óók buiten het hoogseizoen. Rustigere alternatieven zijn de bezienswaardigheden in Noord-IJsland en de vele highlights op het schiereiland Snaefellssnes, dat op slechts 1,5 uur rijden van Reykjavik ligt. De natuur is hier minstens zo mooi, dat beloof ik je.
